Lof voor Kökcü: ''Ontwikkelt zich spectaculair''

Orkun Kökcü maakt dit seizoen een goede indruk in het team van Arne Slot. De middenvelder heeft onder de nieuwe trainer een nieuwe rol en dat pakt hij goed op, stelt Pieter Zwart bij Voetbal International.

''Kökcü heeft een grote stap gemaakt in zijn ontwikkeling. Hij is veel meer bij het spel betrokken. Het aantal balcontacten, het aantal passes en het aantal succesvolle passes op de helft van de tegenstander zijn bijna verdubbeld ten opzichte van de vorige twee seizoenen. Dat heeft natuurlijk alles te maken met de nieuwe rol die hij onder Slot heeft gekregen'', zegt Zwart.

Kökcü ontwikkelt zich ook zonder de bal. Het aantal balveroveringen is de lucht in geschoten vergeleken met eerdere seizoenen. ''Ook het aantal gelopen meters per wedstrijd is hoger dan eerst. Hij is zich spectaculair aan het ontwikkelen als voetballer.'' De komst van Slot betekende voor Kökcü dat hij wat verder van de goal van de tegenstander ging spelen. Waar de middenvelder onder Dick Advocaat als één van de twee aanvallende middenvelders op het veld stond, speelt Kökcü nu als spelmaker voor de defensie.

''Hij is het eerste aanspeelstation van de defensie. Kökcü moet de bal dan naar voren zien te krijgen. Dat betekent automatisch ook dat er verdedigend meer van hem gevraagd wordt. Als je dat vergelijkt met bijvoorbeeld de wedstrijd tegen Drita in het begin van het seizoen, dan zie je dat hij gigantische progressie maakt in zijn spel.'' Toch ziet Zwart een ontwikkelpunt voor de Turkse international.

''Je ziet dat drie wedstrijden per week spelen fysiek veel van hem vraagt. In de wedstrijd tegen Slavia Praag dacht je dat er drie Kökcü’s op het veld stonden. Hij was overal te vinden. Na 45-60 minuten zie je dat die pijp dan helemaal leeg is. Dan wordt hij ook steeds slordiger. Dan valt hij ver terug, maar het is natuurlijk moeilijk om die intensiteit drie keer per week te brengen. Dat is een ontwikkelpunt: inhoud creëren. De context is natuurlijk wel dat hij zonder te spelen op het EK van Turkije, die nauwelijks trainden, met een conditionele achterstand terug kwam.''